Inleiding
De financiële begroting geeft inzicht in de financiële ontwikkeling van het begrotingssaldo, het meerjarenperspectief en de financiële positie van onze gemeente.
De kadernota 2022 is, samen met de begroting 2022-2025, de basis voor de voorliggende financiële begroting 2022-2025. Daarnaast zijn tijdens het samenstellingsproces van deze begroting de budgetten tegen het licht gehouden en daar waar nodig hebben bijstellingen plaatsgevonden.
Ook heeft het gedetailleerde rekenwerk plaatsgevonden van de vele staten, zoals inzet personeel, reserves en voorzieningen, kapitaallasten en renteberekening. Deze berekeningen en de aanpassingen die daaruit voortvloeien, zijn verwerkt in de primaire begroting 2022.
Na verwerking van alle uitgangspunten en ontwikkelingen is de begroting voor 2022 structureel en reëel in evenwicht.
Financiële ontwikkeling inclusief toelichting
De financiële consequenties van raads- en collegevoorstellen, die na de vaststelling van de kadernota 2022 zijn genomen zijn in de begroting 2022-2025 verwerkt.
Begrotingsresultaat 2022 - 2025
In de tabel op de volgende bladzijde is de mutatie van het begrotingsresultaat ten opzichte van de vastgestelde begroting 2021, jaarschijf 2022 opgenomen.
Toelichting op hoofdlijnen
1. Totaal begrotingsresultaat na kadernota 2022
In de raadsvergadering van 6 juli 2021 is de kadernota 2022 vastgesteld als richtinggevend kader voor de programmabegroting 2022-2025. De kadernota is volledig verwerkt in deze begroting. Op 21 juni 2021 is een RIB over de meicirculaire naar de raad verzonden. In deze RIB is een toelichting gegeven over de meicirculaire 2021 van het gemeentefonds.
Conform het in de kadernota gepresenteerde meerjarenperspectief betreft dit de onderdelen A (begrotingsresultaat begroting 2021-2025), B Raadsbesluiten tot en met april 2021, C toekomstige besluiten raad zijnde de 1e berap 2021 en onderdeel I MUIP aanvragen inclusief de incidentele dekking uit de algemene reserve.
2. Raadsbesluiten en collegebesluiten.
De raadsbesluiten en collegebesluiten zijn reeds bij de stand van de kadernota 2022 inclusief 1e bestuursrapportage 2021 verwerkt.
3. Diverse aanpassingen budgetten en herberekeningen.
Bij elke begroting vinden diverse budgetaanpassingen en herberekeningen plaats met financiële gevolgen. Voorbeelden van herrekeningen zijn:
Aanpassing van de budgetten aan het nieuwe inflatiepercentage;
Herrekening van de salarislasten incl. bestuur (raad, college, wachtgeld wethouders, etc.);
Aanpassing van de kapitaallasten en renteomslag op basis van een nieuwe inschatting van het jaar waarin de investeringen plaats vinden;
Herberekening OZB: Op basis van de nieuwe prognoses OZB is een herberekening gemaakt. Hieruit is de verwachting dat meer OZB wordt ontvangen dan ten tijde van de primaire begroting 2021 werd verwacht;
Aanpassing van de gesloten huishoudens, zoals afval, riolering e.d. Door aanpassing van de door te rekenen overhead en de BTW kunnen ook hierdoor mutaties in het saldo ontstaan.
De in de kadernota 2022 bij het meerjarenperspectief onder 1.2 aangegeven ontwikkelingen zijn opgenomen bij het onderdeel overige. Hierbij zijn de te verwachten middelen Jeugdzorg voor het jaar 2022 aangepast van 1,5 miljoen naar 3,2 miljoen. De afschaffing rente op eigen vermogen is niet via de OZB gecorrigeerd.
Aangezien midden in een P&C cyclus is overgaan tot een nadere digitaliseringsslag blijkt dat ten onrechte nu vele mutaties onder de overige categorie worden gepubliceerd. Bij het opstellen van de kadernota 2023 zal hier extra aandacht aan worden gegeven. Tijdens de implementatiefase was dit onvoldoende inzichtelijk.
In 2.2 Baten en lasten 2022-2025 onderdeel analyse afwijkingen is een analyse van de afwijkingen per deelprogramma opgenomen. Uitgangspunt bij het samenstellen van de begroting is om zo reëel mogelijk te begroten. In het begrotingsresultaat is in tegenstelling tot eerdere begrotingen het lopende begrotingsjaar, in dit geval 2022, voor de vergelijking zichtbaar gemaakt.
Begrotingsresultaat (x € 1.000,-) | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | |
Begrotingsresultaat jaarschijf 2022 begroting 2021 | 24 | -1.193 | -1.977 | 0 | -2.495 | |
Kadernota - MUIP | 0 | -163 | -243 | -243 | -244 | |
Kadernota - Overig | 0 | -2.730 | -2.800 | -2.930 | -3.105 | |
1 | Totaal begrotingsresultaat na kadernota | 24 | -4.087 | -5.020 | -3.174 | -5.843 |
Resultaatbestemming 2020 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
2 | Totaal begrotingsresultaat raads- en collegebesluiten | 24 | -4.087 | -5.020 | -3.174 | -5.843 |
Indexering | 0 | 116 | 198 | 279 | 366 | |
Kapitaallasten | 0 | -666 | -830 | -755 | -903 | |
MUIP | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Overige | 0 | 4.708 | 3.254 | 1.328 | 4.052 | |
3 | Totaal begrotingsresultaat na kadernota- | 24 | 72 | -2.397 | -2.322 | -2.329 |
Structureel en reëel evenwicht
Om goed inzicht te krijgen in de financiële positie van de gemeente is het belangrijk om het begrotingssaldo te splitsen in het structurele saldo en het incidentele saldo. Dit is belangrijk omdat we geen structurele lasten uit incidentele baten wil bekostigen. Dit leidt uiteindelijk tot problemen. Incidentele lasten mogen daarentegen wel uit structurele baten bekostigd worden. De provincie heeft de taak gekregen om te toetsen of gemeenten zich hieraan houden. Het college onderschrijft dit uitgangspunt en wil de incidentele lasten maximaal dekken uit de reguliere begroting zonder de inzet van reserves, tenzij noodzakelijk. In de tabel is het begrotingsresultaat gesplitst in een incidenteel en een structureel saldo. Hieruit blijkt dat het saldo structureel en reëel in evenwicht is. Een nadere uitsplitsing van dit saldo is opgenomen in paragraaf 2.3 overzicht incidentele baten en lasten.